Franse aardappelsalade van Mei Li Vos
Haar vriend is goed in hoofdgerechten, zij beperkt zich tot de bijgerechten. Het tekent politica Mei Li Vos. ‘Net zoals ik meestal ergens vice-voorzitter van ben.’
Maar deze Franse aardappelsalade is écht goed. Die wordt door alle Nederlanders gebliefd. Mits ze vlees eten.
“Vroeger waren we niet bezig met eten. We draaiden plaatjes en dronken daarbij. En als er dan eens een barbecue was, haalden we vlees uit plastic bakken, een emmer satésaus, troggen aardappelsalade en lag het stokbrood urenlang van buiten zacht en van binnen hard te worden. En vergeet de kruidenmargarine niet. Maar dat gaf niks want we draaiden plaatjes en dronken daarbij.
Deze aardappelsalade gaat altijd op.
Ergens in de afgelopen jaren ben ik beter eten wat belangrijker gaan vinden. Dat komt vast door mijn vriend die kan staren naar een homp vlees en die na een paar uur een sudderende pan op tafel zet met eend gesmoord in vet onder een dekbedje van zuurkool met zelfgebakken frieten zodat je daarna een paar dagen niets meer wil dan borrelend voor je uit staren.
Dat kan hij.
Dat kan ik niet.
Ik kan de bijgerechten.
Net zoals ik meestal ergens vice-voorzitter van ben.
Ooit kwam ik in Frankrijk of in een Frans kookboek een recept voor aardappelsalade tegen. Elke keer als wij met vrienden besluiten tot een samenzijn buiten met vuur en eten maak ik deze. Ik vertel de niet-kokers dat ze geen trog aardappelsalade hoeven meenemen. Deze aardappelsalade gaat altijd op. In tegenstelling tot de couscous-salades. De resten van een couscous-salade staren je nog een week in de koelkast aan. Mijn goede vriendin Khadija weet hoe dat komt. Omdat couscous niet voor een salade is. Dat is iets raars Hollands, van couscous koude salade maken met dingetjes erin. Vandaar dat iedereen er alleen een beleefd hapje van neemt. Nee dan deze aardappelsalade. Die blijft Frans en wordt door alle Nederlanders gebliefd. Mits ze vlees eten.”
Mei Li Vos (1970) werd geboren in Eindhoven, groeide op in Arnhem, studeerde politicologie in Utrecht en Amsterdam en woont nu in Amsterdam met haar vriend en haar dochter.
Zij is lid van de Eerste Kamer voor de PvdA. Mei Li was eerder tweemaal lid van de Tweede Kamer (2007-2010 en 2012 tot 2017). Ze is een voormalig vakbondsleider en columniste voor Vrij Nederland en de Volkskrant.

Ingrediënten
- 1 kilo vastkokende aardappels
- 100 of 200 gram pancetta of ander lekker spek in blokjes (100 gram voor een zuunige, 200 gram voor een spekkige. Niet méér, anders zit je te veel spek te eten.)
- flinke scheut olijfolie om te bakken (niet die maagdelijke)
- 1 à 2 twee tenen knoflook
- 1 eetlepel mosterd
- scheut azijn
Bereidingswijze
- De aardappels schillen en in plakjes snijden. Laat de plakjes in een grote pan kokend water met ruim zout gaar worden. Hoe dunner de plakjes, hoe sneller het gaat – dat duurt 5 tot 10 minuten. Niet te gaar, ze moeten niet kruimig worden.
- Giet de aardappels af en laat ze afkoelen in het vergiet.
- Bak in een grote bakpan de stukjes spek.
- Knijp de knoflook er boven uit. Draai het vuur lager, en zorg dat de knoflook wel gaar wordt, maar niet verbrandt.
- Zet het vuur uit en roer door de spekjes de lepel mosterd en een scheut azijn, zodat het spekvet met de azijn en mosterd de dressing wordt.
- Giet de spekdressing over de aardappels en meng voorzichtig.
Klaar!
Wat vonden wij ervan?

Ik ben wellicht een uitzondering: ik eet wél graag een goede couscous-salade. Maar niet als je deze aardappelverwennerij ernaast zet hoor. Dit is het soort bijgerecht waar je je ernstig aan kunt vergrijpen. En spekjes in de salade, dan heb je sowieso mijn volle aandacht en begeerte. I love it.

De verrassing schuilt vaak in de eenvoud. Dat geldt zeker voor deze aardappelsalade. Het recept kan nauwelijks simpeler en toch is het resultaat erg lekker. De combinatie spek en mosterd is natuurlijk een gouwe ouwe.
En als je het toch wat moeilijker wilt maken, ga je gang: dit is een uitstekende basis die best nog een stoot kruiden en andere ingrediënten kan verdragen.
Deel dit lievelingsgerecht
Dit vinden wij ook héél lekker (en jij vast ook)

Charlotte Royale taart van Hanneke Evers-Palmen
‘Deze Charlotte Royale is echt een bom van een taart’, zegt Hanneke Evers-Palmen (1945). Ze maakte hem voor het eerst toen ze in de jaren tachtig op kookcursus ging. ‘Hij oogt zo feestelijk met die fraaie spiraalsgewijze belegging met plakjes van een swiss roll gesneden biscuitgebak. En de vulling met vers fruit kun je aanpassen aan het seizoen.’ De Charlotte Royale was het onbetwiste dessert van haar dochter Annebel.

Coquilles met Noilly Prat Saus van Fred ten Kroode
Had Fred ten Kroode een restaurant gehad, dan zou dit gerecht altijd op de kaart hebben gestaan. Je eet het en bent meteen verkocht. Al veertig jaar is dit zijn lievelingsgerecht.

Käsekuchen van Kalien en Majel Blonden
Voor de zussen Kalien en Majel Blonden is eten nauw verweven met hun familiegeschiedenis. Hun Indische overgrootmoeder van moederskant was kokkin in het beroemde hotel Homan in Bandung. Ze koesteren haar spekkoek-recept dat van generatie op generatie werd overgeleverd. Maar hoe maakte hun moeder Käsekuchen, een recept van hun Duitse oma van vaderskant? Dat recept is verdwenen, maar de smaak herinneren ze zich nog heel goed.