Broeder (Jan in de zak) van Eva Hoeke
Het lievelingsgerecht van columniste Eva Hoeke is een West-Fries streekgerecht: Broeder. Ook wel Jan in de zak genaamd. Een bleekwitte bol gekookt beslag die met suikerstroop overgoten best lekker is en in elk geval zeer voedzaam. Maar het gaat Eva minder om de smaak dan om de herinneringen die aan deze lekkernij kleven: aan haar moeder en vooral aan buurvrouw ‘tante’ Nooij.
“Broeder stelt qua ingrediënten niet zo bijster veel voor. Zelfrijzend bakmeel, melk, water, eieren en zout, dan ben je er wel. Die meng je tot een beslag, doe je in een linnen zak, zet je op, draai je halverwege om en na twee uur heb je dan een lijkbleke deegbal. Die kun je dan zo eten, of in plakken snijden en opbakken in de koekenpan. In beide gevallen rijkelijk beschenken met een mengsel van suikerstroop en boter. Dan is het heel lekker. Zonder smaakt het een beetje naar niks.
Als ik aan broeder denk, denk ik aan mijn moeder, maar toch vooral aan tante Nooij. Broeder in de boezem van Tante Nooij.
Het is natuurlijk niet delicaat of elegant, maar een gerecht in de categorie simpel en heel voedzaam. Je kunt er, denk ik, gemakkelijk een dag mee op het land werken. Armeluiseten, troostvoer voor gezinnen als dat van mijn moeder, met dertien kinderen, van wie de oudste nog zelfgemaakte onderbroeken van mestzakken droegen. Mijn oma komt trouwens oorspronkelijk uit Hoogwoud, midden in Westfriesland, waar volgens mij ook Broeder vandaan komt. Misschien heeft mijn moeder het wel van haar moeder geleerd.
Maar het gaat met eten natuurlijk nooit alleen om de smaak, het hangt samen met het moment, de plaats, het gezelschap, de herinnering, de sfeer die dat gerecht bij je oproept, de associatie. Mijn herinnering aan Broeder is onlosmakelijk verbonden met tante Nooij, helemaal geen echte tante natuurlijk, maar onze achterbuurvrouw in Krommenie, waar ik ben opgegroeid – poortje uit, steegje door, poortje in en je was er.
Tante Nooij was geweldig. Ze had een schommel in de tuin, twee lieve tienerdochters – ik was vijf – schilde appeltjes en ze sprak met haar prachtige stem cassettebandjes in met sprookjes van Annie M.G. Schmidt, waar je naar mocht luisteren als je ziek was. En ze maakte broeder, natuurlijk.
Als ik aan broeder denk, denk ik aan mijn moeder, maar toch vooral aan tante Nooij. Broeder in de boezem van Tante Nooij. Een hoop liefde en een homp met witte klei. Net zoals ik nu voor mijn kinderen – 3 en 5 – maak.”
Eva Hoeke is journalist en columnist. Ze heeft een man (Marcel van Roosmalen), twee kinderen en woont in een dorp. Eén en ander levert haar onuitputtelijk veel stof op voor mooie, herkenbare en diep-menselijke columns.
Eva Hoeke maakt haar Broeder volgens het recept van Brenda van de populaire kookblog Brenda Kookt.
Ooit was lekkerbek Brenda (1985) een moeilijke eter. Het enthousiasme waarmee zij over eten en recepten praat, is buitengewoon aanstekelijk. En daarom binnenkort meer Brenda op deze site. Haar lievelingsgerecht is onderweg.
Ingrediënten
- 1 kilo zelfrijzend bakmeel
- 600 ml melk
- 400 ml water
- 2 eieren
- snuf zout
Voor extra smaak aan de Broeder kun je krenten en rozijnen aan het deeg toevoegen. Dan heb je nodig:
- 150 gram krenten
- 150 gram gele rozijnen
- 300 ml bruine rum
Je kunt ook Boerenjongens aan het deeg toevoegen.
Benodigdheden: een broederzak of een broederpannetje. Of: een kussensloop. Dat gebruikten wij. Gewassen natuurlijk, maar ook nog eens goed uitgekookt zodat er geen zeepresten en zeepgeur meer vrijkwam.
Bereidingswijze
- Zeef het meel en meng het met het zout in een kom.
- Verwarm de melk en het water en roer het ei erdoor. Mix hierna het zelfrijzend bakmeel erdoor.
- Voeg eventueel in bruine rum gewelde krenten en rozijnen aan het deeg toe of boerenjongens.
- Doe het beslag in de broederpan. Gebruik je een broederzak of een kussensloop, knoop die dan stevig dicht.
- Leg een bord omgekeerd op de bodem van een grote pan. Dit voorkomt dat het deeg de bodem van de pan raakt en aanbakt. Vul de pan met voldoende water om het deeg helemaal onder te zetten. Breng aan de kook. Laat de zak dan voorzichtig in de pan zakken. Draai het vuur op de laagste stand, zodat het water hooguit pruttelt.
- Kook het beslag 1 uur en draai daarna de zak om. Laat nog een uur op het vuur staan.
- Haal de zak uit het water, check of het deeg goed gaar is. Laat de broeder even drogen maar niet helemaal afkoelen, warm is het ’t lekkerst.
- Verwarm suikerstroop met klonten boter in een pannetje. Serveer dit over de warme broeder.
Wat vonden wij ervan?
Eva heeft niets te veel gezegd over Broeder. Het is een wonderlijk gerecht waar je moeiteloos een dag in het veld mee volhoudt, en dat met enige kunstgrepen (plak snijden, bakken en overgieten met suikerstroop) ook nog wel lekker is. En zijn we niet op aarde om ons erfgoed te koesteren, al zouden we niet weten wat de eeuwigheid ermee aanmoet? Broeder is een culinair dwaallicht waarin je mooie herinneringen kunt opslaan en een niet-te-verpesten kliederlekkernij voor een lockdown-middag met de kinderen. Waarom het ook Jan in de zak wordt genoemd is een vraagteken dat van mij niet per se opheldering behoeft.
Ik heb nooit een wonderlijker gerecht bereid dan Broeder. Nooit gedacht dat ik nog eens een frisgewassen kussensloop moest uitkoken om de laatste zeepresten en -geuren te elimineren zodat ik er een West-Fries streekgerecht in kon koken.
Een deeg dat slechts uit meel, melk, water, twee eieren en een snuf zout bestaat, wat valt daarvan te verwachten? Dat gaat na twee uur borrelen natuurlijk niet opeens naar honing smaken.
Omdat ik niet zo’n trek had in een gerecht dat smaakt naar niets, heb ik – heel eigenwijs – een halve pot boerenjongens door het deeg geroerd. Daar knapt het wel wat van op.
Maar dit is het ware Broeder-wonder dat zich aan mij voltrok: nadat ik die stroop eroverheen had gelepeld, vond ik het zowaar opeens lekker. Zonder voorbehoud. Gewoon lekker.
Deel dit lievelingsgerecht
Dit vinden wij ook héél lekker (en jij vast ook)
Varkenshaasje met appel-calvadossaus van Rámon Verkoeijen
Limburger, slagerszoon en 3FM-dj Rámon Verkoeijen houdt van sterren maar ook van het betere bistro-food. Heeft hij van zijn helaas te vroeg gestorven vader, die
Salade van sperzieboontjes in het zuur van Marcel Maassen
Eind jaren zestig, toen we nog niks kenden en niks aten. Marcel Maassen was een peuter. Het gezin ging voor het eerst écht op vakantie, naar Tirol, en maakte kennis met de schnitzel. En met deze salade van sperzieboontjes in het zuur. Een klassieker in het kookrepertoire van zijn moeder én dat van hemzelf.
Blini van Robert Gaerthé
Robert Gaerthé at 30 jaar geleden op voorspraak van een vriend voor het eerst blini’s in het fameuze Haagse restaurant Le Bistroquete. Het werd het begin van een levenslange liefde voor deze Russische boekweit-pannenkoekjes met zure room, dille, zalm en kaviaar. En zijn dyslectische variant op het recept heeft al een grote schare huisbezoek aangenaam verrast.